Belemmerende patronen uit de kindertijd

Belemmerende patronen uit de kinderjaren


Tijdens je opvoeding kunnen bepaalde patronen al ingeprent worden die er op latere leeftijd voor kunnen zorgen dat je last van overgewicht krijgt. Misschien ben je het niet bewust maar het is goed mogelijk dat de manier waarop je hebt geleerd hoe je met voedsel en het bereiden en eten ervan moet omgaan.

De volgend oefening is bedoeld om de patronen die je van huis uit hebt meegekregen eens onder de loep te nemen.

Kreeg je thuis altijd te horen dat je je bord moest leegeten, want de kinderen in Afrika hebben honger en zouden graag jouw bord voor zich hebben. Het kan dan best zijn dat je nu nog steeds de stem van je moeder hoort als je genoeg gegeten hebt terwijl er nog eten op je bord ligt. Daardoor komt er schuldgevoel op en eet je het bord leeg met alle gevolgen van dien.

Kreeg je vroeger altijd een dessert na het eten en heb je daardoor nu het gevoel dat je tekort wordt gedaan als er geen toetje is na de maaltijd.

Belemmerende patronen vragenlijst

Beantwoord de volgende vragen als je erachter wilt komen hoe de instructies uit jouw kindertijd, je eetgewoonten en gewicht beïnvloeden. Hoe nauwkeuriger en uitgebreider je de vragen beantwoord, hoe meer inzicht zul je krijgen. Als je na het beantwoorden van de vragen de antwoorden op papier ziet staan en naleest, zal je beter kunnen beslissen of je de instructies moet voortzetten of wilt veranderen.

1. Hoe werd bij jou thuis omgegaan met maaltijden. Kookte je vader en moeder evenveel of kookte moeder meestal, of juist je vader. Werd er aandacht besteed aan boodschappen doen? Werden er verse producten gekocht en gebruikt of kwam alles uit zakjes, blikken, pakjes, potjes en diepvries? Aten jullie altijd op hetzelfde tijdstip? Namen jullie de tijd voor de maaltijden of aten jullie vaak snel tussen twee activiteiten in? Gingen jullie vaak naar fastfood restaurants of juist niet?
2. Wat werd je geleerd over wat je moest eten en drinken, Hoe en hoeveel je moest eten? Hoe snel of langzaam je moest eten?


3. At het hele gezin samen of juist iedereen afzonderlijk? Werd er tijdens het eten gepraat of was de maaltijd een moment van stilte? Was de sfeer ontspannen of juist geforceerd? Mochten jullie TV kijken tijdens het eten?

4. Waren er bepaalde rituelen voor, tijdens of na de maaltijd? Werd er altijd gebeden? Dronken je ouders altijd een borrel voor het eten? Werd er altijd wijn of frisdrank bij de maaltijden gebruikt?

5.  Mocht je snacks en tussendoortjes hebben? Zo ja, wat voor tussendoortjes mocht je dan? Fruit, wortels en andere rauwe groenten, chocolade, frisdrank,melk,  chips, crackers, koekjes?

6. Is er in je kindertijd iets gebeurd in verband met je gewicht of eetgedrag dat een belangrijke invloed op je huidige leven heeft gehad? Wat was dat?

7. Voelde je je als kind, te dik, helemaal goed of te mager? Waarom ervaarde je dat zo?

8. Was het gewicht van jou of je ouders, of andere gezinsleden een belangrijk punt in je kindertijd?
9.Wat hadden je ouders in jouw ogen anders moeten doen met betrekking tot snack, maaltijden en voeding?

10. Wat had je graag anders gezien dat je ouders tegen je hadden gezegd over je lichaam, gewicht of eetgedrag?

 

Lees je antwoorden goed en grondig door? Is er iets dat je er nu tegenhoudt om af te slanken? Als er inderdaad iets is dat je tegenhoudt het antwoord ja is, herschrijf dit dan op een manier zoals jij het graag had willen zien.

Je zult zien dat deze oefening je veel inzicht geeft over oude patronen die je nu kunt veranderen.
Reactie plaatsen